Begrafenissen Debonné werd opgericht door Lucien Debonné, die initieel werkte als mechanieker-carrossier. Hij maakte de overstap naar de uitvaartsector, nadat hij om gezondheidsredenen het beroep niet langer kon uitoefenen, met behulp van familielid en begrafenisondernemer Bloyart. Hij begon vanuit zijn huis in Heule en opende een jaar later al een eigen toonzaal aan de overkant van de straat. Dankzij een nauwe samenwerking met Bloyart beschikte hij ook al over een funerarium.
Lucien’s zoon Dirk ging eerst een volledig andere richting uit en volgde een hogere toerisme-opleiding in Brugge. Na zijn legerdienst investeerde hij in een autocar-bedrijf, en startte hij zijn eigen succesvolle zaak op. Na het overlijden van zijn vader maakte hij de keuze tussen de twee bedrijven, die beide zeer sterk gegroeid waren. Vanaf 1998 ging Dirk verder als uitvaartondernemer.
Ik ben een begrafenisondernemer met een passie voor het vak. Ik heb nooit geïnvesteerd in stenen maar altijd in menselijke relaties. Mijn sterkte is dat de mensen hier in de gemeente en ruime omgeving weten dat ik voor hen klaar sta.
Dirk Debonné
Persoonlijk en toch rationeel contact met de nabestaanden, begeleiding bij alle administratieve rompslomp, nabijheid voor de nabestaanden en bereikbaarheid zijn vandaag nog steeds de grootste troeven van Begrafennisen Debonné.
Inmiddels is Dirk een jonge zestiger, maar aan zijn pensioen wil hij nog niet starten. Zijn kinderen hebben allen een sterke carrière uitgebouwd, en zullen de zaak dan ook niet kunnen overnemen. De zaak overlaten aan bedrijven die enkel commerciële doeleinden hebben is evenmin een optie. “Het is als een kind weggeven”, zegt Dirk hierover. Bij Sereni zat zijn gevoel wel meteen juist, en hij ziet de toekomst zeer positief in.
Op deze manier kan ik er mijn drive nog insteken, het bedrijf delen en de perfecte overgang maken.
Dirk Debonné
Ook de samenwerking met Bloyart, die na al die jaren nog altijd sterk is, blijft behouden. Een ware win-win situatie voor alle betrokken partijen, die vertrouwen geeft in de toekomst.
